Einde samenwonen
In het merendeel van alle pensioencontracten is partnerpensioen ook meeverzekerd voor werknemers die niet gehuwd zijn of geen Geregistreerd Partnerschap hebben.
Uit het pensioenreglement van de werkgever moet blijken op welke bedragen de meeverzekerde partner aanspraak kan maken als de samenwoning beëindigd wordt.
Veelal zal dan een verklaring door beide partners ondertekend moeten worden van de duur van de samenwoning.
Tot en met 31 december 2007 had de meeverzekerde partner bij beeindiging van de samenwoning wettelijk geen rechten op verevening of Bijzonder Partnerpensioen.
Met ingang van 1 januari 2008 staat omschreven in de Pensioenwet dat indien de partnerrelatie eindigt door beeindiging van de samenwoning de gewezen partner van een deelnemer aanspraak maakt op partnerpensioen, ter grootte van het partnerpensioen, als dat verkregen zou zijn indien op het moment van beeindiging van de samenwoning de deelneming zou zijn beëindigd.
NB. Met partnerpensioen wordt in feite het Bijzonder Partnerpensioen bedoeld. Een partnerpensioen wordt uitgekeerd aan de meeverzekerde ex-partner als de deelnemer komt te overlijden voor of na de pensioendatum
Flitsscheiding
Een huwelijk kan alleen ontbonden worden door de rechtbank. Hierbij heeft u altijd de hulp van een advocaat nodig.
Tot 1 maart 2009 was het mogelijk uw huwelijk om te zetten naar een geregistreerd partnerschap. Een geregistreerd partnerschap kon ontbonden worden zonder tussenkomst van een rechter. Dit kon alleen als u en uw partner het met elkaar eens waren over de voorwaarden en de gevolgen van de scheiding.
Met ingang van 1 maart 2009 is de 'Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding' van kracht geworden. De wet verplicht ouders tot het opstellen van een ouderschap. Beide ouders blijven verantwoordelijk voor het kind. De administratieve flitsscheiding is daarmee verleden tijd.
Geschiedenis
Bijzonder partnerpensioen sinds 9 februari 1973
Vanaf 9 februari 1973 kunnen gehuwde deelnemers wettelijk aanspraak maken op een bijzonder partnerpensioen. Voor samenwonende deelnemers is dat eerst geregeld met ingang van 1 januari 2008!
Het Boon van Loon arrest van 27 november 1981
Voor 1981 werd geen rekening gehouden met het opgebouwde ouderdomspensioen in de boedelscheiding. De verzekerde kreeg alles en de partner bleef met lege handen achter. Op 27 november 1981 bepaalde de Hoge Raad echter dat in het vervolg bij de verdeling van de gemeenschap in goederen de waarde van de pensioenrechten verrekend moest worden.
Noot 4 mei 2020 10.36: Op grond van het Boon/van Loon-arrest dient pensioenverrekening te worden uitgevoerd per de datum waar op een huwelijksgoederengemeenschap wordt verdeeld (art.3:182 BW).
In tegenstelling tot de Wet Verevening Pensioenrechten bij scheiding werd bij het Boon van Loon arrest de gehele opgebouwde aanspraak meegerekend. Dus niet alleen de opbouw tijdens de huwelijkse periode, maar ook de voorhuwelijkse periode.
Dit kon op twee manieren geregeld worden. Of in de boedelscheiding of door middel van een periodieke uitkering die betaalbaar gesteld werd op de pensioendatum.
U kunt nog steeds een beroep doen dit arrest doen. De rechtbank oordeelt dat een verjaringstermijn eerst aanvangt op de dag waarop de vordering opeisbaar is. En dat is de pensioendatum van de verzekerde.
Bovendien wordt in het Burgerlijk Wetboek aangegeven dat goederen die nog niet verdeeld zijn, nog altijd voor verdeling in aanmerking komen. Zie pagina 3.
Op het informatieblad Verdeling van ouderdomspensioen bij scheiding uitgegeven door het Ministerie van Veiligheid en Justitie staat vermeld (versie 7/2012) op blz
11 - dat alleen de waarde van het ouderdomspensioen dat
toen aanwezig was, in aanmerking komt om te worden verdeeld.
Later opgebouwd pensioen telt niet mee.
12 - Om in aanmerking te komen voor verrekening van pensioen moet de deling van de boedel (na scheiding / scheiding van tafel en
bed) plaatsgehad hebben
na 27 november 1981. In feite betekent dit ook, dat dit dan ook zou moeten gelden voor scheidingen van voor 27 november 1981, waarvan de boedelscheiding dus nog niet plaatsgevonden heeft!!!!!!!!
Zie ook: Verjaring Boon van Loon? op pagina 3 en het arrest zelf
Wetgeving vanaf 1 mei 1995
Met ingang van 1 mei 1995 trad de Wet Verevening Pensioenrechten bij scheiding in werking. Indien een verzoek tijdig (door één van beide partners) is ingediend bij de verzekeraar, dient de verzekeraar namens degene die het pensioen opgebouwd heeft, het verevende pensioen rechtstreeks uit te keren aan de ex-partner.
De waarde van het Bijzonder Partnerpensioen valt voortaan buiten de boedelscheiding.
Huwelijkse voorwaarden WVPS
Als in de huwelijkse voorwaarden de toepasselijkheid van de Wet Verevening Pensioenrechten bij scheiding is uitgesloten of een andere verdeling is of wordt overeengekomen, dient de verzekeraar een gewaarmerkte kopie te ontvangen van de huwelijkse voorwaarden.
Dit geldt eveneens als geen aanspraak op een Bijzonder Partnerpensioen volgens de Pensioen- en of Spaarfondsenwet c. q. de Pensioenwet kan worden gemaakt.
Staat in de huwelijkse voorwaarden niets vermeld over scheiding dan gaat het pensioenreglement voor.
NB. In de huwelijkse voorwaarden dient uitdrukkelijk omschreven te staan dat afgezien wordt van verrekening/verevening van pensioen. Als dit niet in de huwelijkse voorwaarden is opgenomen en dat geldt met name voor huwelijken gesloten na de inwerkingtreding van de Wet VPS wordt gewoon verevend.
Huwelijkse voorwaarden Boon van Loon arrest
Boon van Loon geldt uitsluitend indien de pensioenrechten in de gemeenschap vallen. Indien partijen op basis van uitsluiting van gemeenschap van goederen zijn gehuwd (zoals koude uitsluiting) dan vindt geen pensioenverrekening plaats.
Koude uitsluiting betekent dat in de huwelijkse voorwaarden iedere gemeenschap van goederen uitgesloten is, zonder verrekenbeding.
NB. Op het moment van scheiding wordt het Nabestaandenpensioen omgezet in een Bijzonder Nabestaandenpensioen. Het Bijzonder Nabestaandenpensioen is eigendom van de meeverzekerde partner en valt niet in de gemeenschap.
Verrekenbeding
Indien er gehuwd was op huwelijkse voorwaarden dient er jaarlijks een verrekenbeding te worden opgesteld, het vermogen van ieder wijzigt namelijk gedurende de periode. Is dit niet gebeurd, dan zal de rechter het huwelijk beschouwen als "een gemeenschap in goederen" en als volgt dan ook verdelen. Bovendien dient u rekening te houden met de wettelijke verplichting van pensioenverevening, dwz de opgebouwde pensioenrechten behoren ook bij de boedel en dus verdeeld te worden. Neem een advocaat welke thuis is in familierecht, dan bent u verzekerd van een goede rechtshulp (Vfas).
Scheiding van Tafel en Bed
Een scheiding van tafel en bed is definitief als deze is ingeschreven is in het huwelijksgoederenregister. Het ouderdomspensioen dient op dat moment verevend te worden.
Het partnerpensioen blijft volledig gedekt doorlopen. Immers beide partners zijn nog steeds gehuwd. Eerst na beeindiging van het huwelijk bestaat er eventueel recht op een Bijzonder Partnerpensioen.
Hertrouw
In het Burgerlijk Wetboek I onder artikel 80f of artikel 166 staat vermeld dat indien gescheiden echtegenoten met elkaar hertrouwen of een geregistreerd partnerschap aangaan, alle gevolgen van het huwelijk herleven van rechtswege, alsof er geen echtscheiding had plaats gehad.
Waarde-overdracht
Waarde-overdracht in samenhang met scheiding in verleden
Indien u in dienst treedt bij een nieuwe werkgever en u bent in het verleden van de echt gescheiden, wordt als u de waarde meeneemt/overdraagt naar de nieuwe pensioenverzekeraar het verevende pensioen mede overgedragen naar de nieuwe pensioenverzekeraar.
De oude pensioenverzekeraar dient de nieuwe pensioenverzekeraar opgave te doen van de waarde van het verevende pensioen en het bijzonder partnerpensioen *)
Tevens dient de oude pensioenverzekeraar de nieuwe pensioenverzekeraar alle gegevens te verstrekken van de ex-partner.
De nieuwe pensioenverzekeraar is verplicht de ex-partner te informeren.
*) Het Bijzonder partnerpensioen wordt niet overgedragen.
Waardeoverdracht in samenhang met scheiding in toekomst
Als de nieuwe verzekeraar een aanvraag indient bij de oude verzekeraar voor waardeoverdracht dient de nieuwe verzekeraar vast te stellen of sprake is geweest van een voorhuwelijkse periode. Als dat zo is, dient de nieuwe verzekeraar zich ervan te vergewissen dat alle informatie met betrekking tot deze voorhuwelijkse periode door de oude verzekeraar verstrekt wordt, dit, met het oog gericht op een toekomstige scheiding.
Als de waardeoverdracht voltooid is, is de nieuwe verzekeraar volledig aansprakelijk.Alle rechten en verplichtingen zijn overgegaan naar de nieuwe verzekeraar.
Ingeval van scheiding mogen waardeoverdrachten die gerealiseerd zijn voor 1 mei 1995 naar rato voorhuwelijkse periode, huwelijkse periode, gerekend worden. Waardeoverdrachten na 1 mei 1995 moeten indien sprake is van een voorhuwelijkse periode berekend worden op basis van de juiste reserves.
Zie ook: Waardeoverdracht (1) op pagina 6 , Rekenregels
Partnerpensioen en waardeoverdracht
Uw partner overweegt de waarde van het ouderdoms- en partnerpensioen over te dragen naar een pensioenproduct waar het partnerpensioen op risicobasis verzekerd is.
Voordat u uw toestemming geeft (u dient uw handtekening hiervoor te zetten ) om de waarde over te dragen, dient u zich ervan te vergewissen dat de waarde ook daadwerkelijk weer om gezet wordt naar een opbouw partnerpensioen. Doet u dit niet dan wordt de waarde volledig aangewend voor het ouderdomspensioen. Bij een onverhoopte scheiding in de toekomst is er geen recht op partnerpensioen.